Vannacht was het stralend weer – de zon scheen en de lucht was helderblauw. Toen we na het ontbijt om een uur of tien vertrokken was het nog steeds mooi.Toen we uitcheckten vroeg de vrouw van de receptie of ze een foto van ons mocht maken voor de facebookpagina van de camping. Ze vond het erg leuk daarop te kunnen melden dat zij als gasten 2 tandemfietsers hadden gehad die uit Nederland naar de Noordkaap fietsten en hun camping hadden aangedaan.
Het viel weer alles mee. We dachten dat het een zware dag zou worden. Van Byske naar Piteå loopt de E4 vlak langs de kust, maar daar zijn absoluut geen befietsbare wegen. De weg voor fietsers loopt met een grote boog door het binnenland, door zeg maar uit de kluiten gewassen heuvelland met een paar toppen van zo’n 150 meter.
Prachtige asfaltweg en de klim viel reuze mee. Heel geleidelijk klommen we omhoog naar zo’n 100 meter. Het weer was goed, de wind matig, en niet te bepalen uit welke richting want dat verschilde per minuut.
Er zijn mensen die denken: zo’n rit door Noord Zweden moet wel heel saai zijn, bomen, bomen, bomen. Dat laatste kunnen we niet ontkennen: bomen, bomen overal. Maar saai? Je komt door kleine dorpjes.
Vogels langs de weg vragen om je aandacht. Het uitzicht wisselt steeds. Dan springt er ineens weer een ree op 5 meter afstand van ons weg.
Al aardig boven kwam ons van de andere kant een Duitse fietser tegemoet rijden. Hij had wel zin in een praatje en gebaarde ons te stoppen. Hij kwam uit Braunschweig en was door Polen, Rusland, Letland, Estland, Litauwen, Finland naar Zweden gefietst en nu op weg naar Kopenhagen (route die wij gefietst hebben in de andere richting) en zo weer op weg naar huis.Hij fietste de Baltic cycleroute.
Terwijl we ervaringen uitwisselden maakten we van de gelegenheid gebruik om warmere jacks aan te trekken, mutsjes onder de helmen en een sjaaltje om. De lucht betrok stevig en de wind werd nogal koud.
Onze Duitse vriend vertelde dat hij in een vandrarhem(hostel) in Piteå overnacht had en gaf ons het adres.
Nu volgde er een klimmetje van een meter of 80 naar de 150 meter, niet te steil, dus goed te doen, en als je klimt heb je het niet gauw koud.
De afdaling erna met een vaartje van zo’n 40 km wel, en het begon te regenen, eerst een beetje en toen stevig. We besloten de camping die we even voorbij Piteå op het oog hadden te laten voor wat die was, en ons geluk te beproeven bij het vandrarhem.
Piteå was opeens weer een plaats met stadsallures; de navigatie die gelukkig de weg wist loodste ons de stad binnen over een fietsbrug en langs het haven industriegebied.
Twintig over drie waren bij het vandrarhem, best wel een beetje koud en nat. Gesloten – de receptie was tot drie uur open. Er was een telefoon nummer dat je kon bellen. Een vriendelijke stem legde uit dat de receptie tot drie uur open was, en dat je de volgende morgen na tien uur weer een overnachting kon boeken. Het is opvallend hoe vroeg campingrecepties en dergelijke hier sluiten.
Wat te doen, we waren een kilometer of tien bij de camping vandaan gefietst, helemaal verkeerde richting ook. Hotel dan maar? Weer zo duur. Net terwijl we aan het overleggen waren stopte er een auto en stapte er iemand uit die zei: “Wat hebben jullie een geluk. Het is dat ik hier toevallig moest zijn. Ik werk eigenlijk niet voor het vandrarhem, maar voor een verwante organisatie, maar ik kan jullie inchecken voor een kamer”.
En daar zitten we nu. Vanmiddag onderweg naar de supermarkt even wat koffie gedronken met veel te grote stukken gebak, daarna inkopen gedaan voor avondeten en ontbijt. Terwijl ik dit schrijf warmt Georgette het eten op. Buiten schijnt de zon weer, en morgen wordt het beter weer, zegt het weerbericht, maar dat zegt het al weken lang.
En o ja, in de supermarket kocht ik voor het avondeten een flesje Class II bier (3,5%). De juffrouw achter de kassa vroeg om identificatie, omdat ze zich moest vergewissen van de leeftijd van de koper. Ik wist niet dat zo’n fietstocht zo erg als verjongingskuur werkt.
—-
Last night the weather was wonderful: glorious sunshine.When we checked out of the campsite the weather was just fine: sunny, not too much wind.
From Byske to Piteå the E4 runs along the coast, but there are no roads for cyclists, so we had to make a long detour inland, with, according to the map, quite a few climbs.
It turned out to be much easier than we had thought it would be. The excellent tarmac road wound its way upwards and upwards climbing steadily but nowhere steeper than some 4 or 5%.
So we got up to an altitude of some 100 metres without much effort.
Then we met this German guy riding his bicycle the other way. He was doing the Baltic Sea Route – started in Germany, rode through Poland, Russia, Baltic states, Finland, Sweden and now down south towards Denmark and back to Germany. He suggested we try the Piteå vandrarhem and gave us the address.
As it got very cold and and rainy, we decided to forget about the campsite some 12 kms up the road we had been planning to go to and made our way to the vandrarhem. Unfortunately they closed the reception about 20 minutes before we showed up, and the telephone number we were advised to call told us we could check in the next day at 10 am.
Just as we were trying to make up our minds what to do next, a man showed up and said: ‘This is your lucky day. I just have some things to do here, so I can let you in and check you into a room.
So here we are. We did some shopping and cooked a simple meal. Tomorrow the weather is going to be better, but the weather forecast has been saying this for weeks.
Cycling makes you look so much younger – you wouldn’t believe it. In the super market I had to produce ID when buying a beer to prove I was over 18.